De Nederlander René Westra debuteerde dit weekend bij de zware marathon van New York, maar een beginnende loper is hij allerminst: de 66-jarige sportieveling liep in New York zijn honderdste marathon.
Westra volbracht de 42,195 kilometer lange tocht in een tijd van 4 uur en 54 minuten. Tegenwoordig gaat het een stukje langzamer dan vroeger, toen hij nog weleens onder de drie uur over de finish kwam. Het deert hem naar eigen zeggen niet. “Nu heb ik meer de kans om te genieten van het parcours en de mensen langs de kant. Van alle stadsmarathons was dit de allermooiste die ik ooit heb gelopen. We kregen de hele stad te zien”, zegt hij. “En het was ook zwaar trouwens, er zaten veel steile klimmetjes in.”
Drie per jaar
De Nederlander, die tegenwoordig in Zweden woont, had alles zo gepland dat hij in New York zijn honderdste marathon zou lopen. Daarvoor moest hij er tussendoor nog snel eentje plannen. En dat deed hij ook: in augustus liep hij zijn 99ste marathon in Reykjavik, de hoofdstad van IJsland. “De meeste marathons heb ik gewoon in Nederland gelopen”, zegt Westra. “Maar ook in andere landen heb ik meegedaan, zoals Zwitserland, Estland en Italië. Ik doe er zo’n drie per jaar.”
“In 1982 liep ik in Apeldoorn mijn eerste marathon, twee jaar nadat ik begonnen was met hardlopen. Ik wisselde destijds de ene verslaving in voor de andere, namelijk roken. Dat deed ik na de komst van mijn eerste kind. Ik weet het nog precies. Op 14 juli 1980 heb ik mijn laatste sigaret gerookt, ’s middags ging ik voor het eerst hardlopen.”
Westra is niet van plan te stoppen nu hij zijn honderdste marathon achter de rug heeft. “Misschien breng ik het aantal terug van drie of vier per jaar, naar twee. Ik zou de marathon van Marrakesh in Marokko nog wel eens willen doen, of de marathon van Boedapest. Zolang mijn gezondheid me niet in de steek laat, ben ik van plan om door te gaan.”
Bron: RTL Nieuws, 2016